geraak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  geraak    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ge·raak

Werkwoord

vervoeging van
geraken

geraak

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van geraken
    • Ik geraak. 
  2. gebiedende wijs van geraken
    • Geraak! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van geraken
    • Geraak je? 

Gangbaarheid

  • Het woord geraak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.