glibberde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  glibberde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • glib·ber·de

Werkwoord

vervoeging van
glibberen

glibberde

  1. enkelvoud verleden tijd van glibberen
    • Ik glibberde. 
    • Jij glibberde. 
    • Hij, zij, het glibberde. 

Gangbaarheid

  • Het woord glibberde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.