gluipte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gluipte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- gluip·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gluipen |
gluipte
- enkelvoud verleden tijd van gluipen
- Ik gluipte.
- Jij gluipte.
- Hij, zij, het gluipte.
- Ik gluipte.
Gangbaarheid
- Het woord gluipte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.