grensgangertje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  grensgangertje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • grens·gan·ger·tje

Zelfstandig naamwoord

hetgrensgangertjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord grensganger
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.