højt

Niet te verwarren met: høyt

Deens

Woordafbreking
  • højt

Bijvoeglijk naamwoord

højt, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van høj
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.