haak in

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  haak in    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhak ˈɪn/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • haak in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inhaken

haak (…) in

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inhaken
    • Ik haak in. 
  2. gebiedende wijs van inhaken
    • Haak in! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inhaken
    • Haak je in? 

Gangbaarheid

  • Het woord haak in staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.