haarde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  haarde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • haar·de

Werkwoord

vervoeging van
haren

haarde

  1. enkelvoud verleden tijd van haren
    • Ik haarde. 
    • Jij haarde. 
    • Hij, zij, het haarde. 

Gangbaarheid

  • Het woord haarde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.