hackeren

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈhækæɾən /
Woordafbreking
  • ha·cke·ren
Naar frequentie 98743

Zelfstandig naamwoord

hackeren

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van hacker
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.