halteerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  halteerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hal·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
halteren

halteerde

  1. enkelvoud verleden tijd van halteren
    • Ik halteerde. 
    • Jij halteerde. 
    • Hij, zij, het halteerde. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.