hardloop

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hardloop    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hard·loop

Werkwoord

vervoeging van
hardlopen

hardloop

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hardlopen
    • ... dat ik hardloop. 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord hardloop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.