harpuisde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  harpuisde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • har·puis·de

Werkwoord

vervoeging van
harpuizen

harpuisde

  1. enkelvoud verleden tijd van harpuizen
    • Ik harpuisde. 
    • Jij harpuisde. 
    • Hij, zij, het harpuisde. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.