hompel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hompel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hom·pel

Werkwoord

vervoeging van
hompelen

hompel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hompelen
    • Ik hompel. 
  2. gebiedende wijs van hompelen
    • Hompel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hompelen
    • Hompel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord hompel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.