houd droog

Uitspraak

• Geluid:  houd droog    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• houd droog

Woordherkomst en -opbouw

• uit houd (werkwoord) en droog, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

houd (...) droog

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van drooghouden
   

   • Ik houd droog. 

2. gebiedende wijs van drooghouden
   

   • Houd droog! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van drooghouden
   

   • Houd je droog? 

Gangbaarheid

• Het woord houd droog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.