houtkacheltje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  houtkacheltje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhɑutkɑxəlcə/
Woordafbreking
  • hout·ka·chel·tje
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

hethoutkacheltjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord houtkachel

Gangbaarheid

  • Het woord houtkacheltje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.