huppelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: huppelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- hup·pel·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
huppelen |
huppelde
- enkelvoud verleden tijd van huppelen
- Ik huppelde.
- Jij huppelde.
- Hij, zij, het huppelde.
- Ik huppelde.
Gangbaarheid
- Het woord huppelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.