igusha

Xhosa

Uitspraak
  • IPA: [iˈguːʃa]

Zelfstandig naamwoord

igusha 9

  1. nominatief enkelvoud van -gusha

Zoeloe

Uitspraak
  • IPA: [iːˈguːʃa]

Zelfstandig naamwoord

igusha 5

  1. schaap
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.