improviseerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: improviseerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- im·pro·vi·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
improviseren |
improviseerde
- enkelvoud verleden tijd van improviseren
- Ik improviseerde.
- Jij improviseerde.
- Hij, zij, het improviseerde.
- Ik improviseerde.
Gangbaarheid
- Het woord improviseerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.