inclineer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inclineer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·cli·neer

Werkwoord

vervoeging van
inclineren

inclineer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inclineren
    • Ik inclineer. 
  2. gebiedende wijs van inclineren
    • Inclineer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inclineren
    • Inclineer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord inclineer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.