invoel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  invoel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·voel

Werkwoord

vervoeging van
invoelen

invoel

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van invoelen
    • ... dat ik invoel. 

Gangbaarheid

  • Het woord invoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.