inzag

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inzag    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɪnzɑx/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈɪnzɑχ/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈɪnzɑx/
Woordafbreking
  • in·zag

Werkwoord

vervoeging van
inzien

inzag

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inzien
    • ... dat ik inzag. 
    • ... dat jij inzag. 
    • ... dat hij, zij, het inzag. 

Gangbaarheid

  • Het woord inzag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.