jobhop

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  jobhop    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • jobĀ·hop

Werkwoord

vervoeging van
jobhoppen

jobhop

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jobhoppen
    • Ik jobhop. 
  2. gebiedende wijs van jobhoppen
    • Jobhop! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jobhoppen
    • Jobhop je? 

Gangbaarheid

  • Het woord jobhop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.