juich toe

Uitspraak

• Geluid:  juich toe    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• juich toe

Woordherkomst en -opbouw

• uit juich (werkwoord) en toe, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

juich toe

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toejuichen
   

   • Ik juich toe. 

2. gebiedende wijs van toejuichen
   

   • Juich toe! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toejuichen
   

   • Juich je toe? 

Gangbaarheid

• Het woord juich toe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.