kantonneerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kantonneerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kan·ton·neer·de

Werkwoord

vervoeging van
kantonneren

kantonneerde

  1. enkelvoud verleden tijd van kantonneren
    • Ik kantonneerde. 
    • Jij kantonneerde. 
    • Hij, zij, het kantonneerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord kantonneerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.