knoop aaneen

Uitspraak

• Geluid:  knoop aaneen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• knoop aan·een

Woordherkomst en -opbouw

• uit knoop (werkwoord) en aaneen, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

knoop aaneen

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenknopen
   

   • Ik knoop aaneen. 

2. gebiedende wijs van aaneenknopen
   

   • Knoop aaneen! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenknopen
   

   • Knoop je aaneen? 

Gangbaarheid

• Het woord knoop aaneen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.