kokkert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kokkert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kok·kert

Werkwoord

vervoeging van
kokkeren

kokkert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kokkeren
    • Jij kokkert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kokkeren
    • Hij kokkert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kokkeren
    • Kokkert! 

Gangbaarheid

  • Het woord kokkert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.