kroonzagen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kroonzagen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kroon·za·gen

Zelfstandig naamwoord

dekroonzagenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kroonzaag
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.