kukelde af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kukelde af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ku·kel·de af

Werkwoord

vervoeging van
afkukelen

kukelde af

  1. enkelvoud verleden tijd van afkukelen
    • Ik kukelde af. 
    • Jij kukelde af. 
    • Hij, zij, het kukelde af. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.