leef op

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leef op    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • leef op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opleven

leef op

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opleven
    • Ik leef op. 
  2. gebiedende wijs van opleven
    • Leef op! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opleven
    • Leef je op? 

Gangbaarheid

  • Het woord leef op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.