maandagnachtje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  maandagnachtje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • maan·dag·nacht·je

Zelfstandig naamwoord

het maandagnachtje o

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord maandagnacht
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.