majoreerden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  majoreerden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ma·jo·reer·den

Werkwoord

vervoeging van
majoreren

majoreerden

  1. meervoud verleden tijd van majoreren
    • Wij majoreerden. 
    • Jullie majoreerden. 
    • Zij majoreerden. 

Gangbaarheid

  • Het woord majoreerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.