marginaliseer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  marginaliseer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mar·gi·na·li·seer

Werkwoord

vervoeging van
marginaliseren

marginaliseer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van marginaliseren
    • Ik marginaliseer. 
  2. gebiedende wijs van marginaliseren
    • Marginaliseer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van marginaliseren
    • Marginaliseer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord marginaliseer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.