marineert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  marineert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ma·ri·neert

Werkwoord

vervoeging van
marineren

marineert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van marineren
    • Jij marineert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van marineren
    • Hij marineert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van marineren
    • Marineert! 

Gangbaarheid

  • Het woord marineert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.