markeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  markeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mar·keer·de

Werkwoord

vervoeging van
markeren

markeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van markeren
    • Ik markeerde. 
    • Jij markeerde. 
    • Hij, zij, het markeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord markeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.