maskiners

Deens

Woordafbreking
  • mas·ki·ners
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

maskiners, mv

  1. onbepaalde vorm genitief meervoud van maskine


Noors

Woordafbreking
  • mas·ki·ners
Naar frequentie 178859

Zelfstandig naamwoord

maskiners, mv

  1. onbepaalde vorm genitief meervoud van maskin


Zweeds

  • maskin·ers

Zelfstandig naamwoord

maskiners, mv

  1. onbepaalde vorm genitief meervoud van maskin
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.