meefietste
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: meefietste (hulp, bestand)
Woordafbreking
- meeĀ·fietsĀ·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
meefietsen |
meefietste
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van meefietsen
- ... dat ik meefietste.
- ... dat jij meefietste.
- ... dat hij, zij, het meefietste.
- ... dat ik meefietste.
Gangbaarheid
- Het woord meefietste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.