meegenoot
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: meegenoot (hulp, bestand)
Woordafbreking
- mee·ge·noot
Werkwoord
vervoeging van |
---|
meegenieten |
meegenoot
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van meegenieten
- ... dat ik meegenoot.
- ... dat jij meegenoot.
- ... dat hij, zij, het meegenoot.
- ... dat ik meegenoot.
Gangbaarheid
- Het woord meegenoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.