meeregeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  meeregeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mee·re·geer·de

Werkwoord

vervoeging van
meeregeren

meeregeerde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van meeregeren
    • ... dat ik meeregeerde. 
    • ... dat jij meeregeerde. 
    • ... dat hij, zij, het meeregeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord meeregeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.