minimaliseer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: minimaliseer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- mi·ni·ma·li·seer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
minimaliseren |
minimaliseer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van minimaliseren
- Ik minimaliseer.
- gebiedende wijs van minimaliseren
- Minimaliseer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van minimaliseren
- Minimaliseer je?
Gangbaarheid
- Het woord minimaliseer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.