motechters

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  motechters    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmɔtɛxtərs/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • mot·ech·ters
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

motechters

  1. partitief van de vergrotende trap van motecht
    • Kleding van wol zit wel lekker, maar ik heb liever iets motechters. 

Gangbaarheid

  • Het woord motechters staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.