moveer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  moveer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mo·veer

Werkwoord

vervoeging van
moveren

moveer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moveren
    • Ik moveer. 
  2. gebiedende wijs van moveren
    • Moveer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moveren
    • Moveer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord moveer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.