musiceerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: musiceerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- mu·si·ceer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
musiceren |
musiceerden
- meervoud verleden tijd van musiceren
- Wij musiceerden.
- Jullie musiceerden.
- Zij musiceerden.
- Wij musiceerden.
Gangbaarheid
- Het woord musiceerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.