naturaliseerden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  naturaliseerden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • na·tu·ra·li·seer·den

Werkwoord

vervoeging van
naturaliseren

naturaliseerden

  1. meervoud verleden tijd van naturaliseren
    • Wij naturaliseerden. 
    • Jullie naturaliseerden. 
    • Zij naturaliseerden. 

Gangbaarheid

  • Het woord naturaliseerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.