naturaliseert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: naturaliseert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- na·tu·ra·li·seert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
naturaliseren |
naturaliseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naturaliseren
- Jij naturaliseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naturaliseren
- Hij naturaliseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van naturaliseren
- Naturaliseert!
Gangbaarheid
- Het woord naturaliseert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.