nivelleer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: nivelleer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ni·vel·leer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
nivelleren |
nivelleer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nivelleren
- Ik nivelleer.
- gebiedende wijs van nivelleren
- Nivelleer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nivelleren
- Nivelleer je?
Gangbaarheid
- Het woord nivelleer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.