nuancetje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nuancetje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • nu·an·ce·tje

Zelfstandig naamwoord

hetnuancetjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord nuance
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.