omfloers
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: omfloers (hulp, bestand)
Woordafbreking
- om·floers
Werkwoord
vervoeging van |
---|
omfloersen |
omfloers
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omfloersen
- Ik omfloers.
- gebiedende wijs van omfloersen
- Omfloers!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omfloersen
- Omfloers je?
Gangbaarheid
- Het woord omfloers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.