ommuurde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ommuurde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • om·muur·de

Bijvoeglijk naamwoord

ommuurde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van ommuurd

Werkwoord

vervoeging van
ommuren

ommuurde

  1. enkelvoud verleden tijd van ommuren
    • Ik ommuurde. 
    • Jij ommuurde. 
    • Hij, zij, het ommuurde. 
  2. verbogen vorm van ommuurd, voltooid deelwoord van ommuren

Gangbaarheid

  • Het woord ommuurde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.