omsmelt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  omsmelt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • om·smelt

Werkwoord

vervoeging van
omsmelten

omsmelt

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omsmelten
    • ... dat ik omsmelt. 
  2. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omsmelten
    • ... dat jij omsmelt. 
  3. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omsmelten
    • ... dat hij omsmelt. 

Gangbaarheid

  • Het woord omsmelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.