omvertrok
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: omvertrok (hulp, bestand)
Woordafbreking
- om·ver·trok
Werkwoord
vervoeging van |
---|
omvertrekken |
omvertrok
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omvertrekken
- ... dat ik omvertrok.
- ... dat jij omvertrok.
- ... dat hij, zij, het omvertrok.
- ... dat ik omvertrok.
Gangbaarheid
- Het woord omvertrok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.