onaneert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  onaneert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ona·neert

Werkwoord

vervoeging van
onaneren

onaneert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onaneren
    • Jij onaneert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onaneren
    • Hij onaneert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van onaneren
    • Onaneert! 

Gangbaarheid

  • Het woord onaneert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.